Het koude hart van Brabant

Het stond in de sterren geschreven. Na de zeer dubieuze beslissing over het bos aan de Dennenlaan, heeft de Bestendige Deputatie van de Provincie Vlaams- Brabant nu ook de verkavelingsaanvraag aan de Holleweg goedgekeurd.

Op 25 maart 2021 vond de zogezegde hoorzitting plaats. De voorziene duurtijd was in totaal 15 minuten, met slechts enkele minuten spreektijd voor iedere deelnemer.

Diezelfde dag nog werd de beslissing genomen. Het is duidelijk dat de hoorzitting pro forma was en dat de Bestendige Deputatie al op voorhand had uitgemaakt dat de vergunning zou toegekend worden.

In de motivering van de beslissing werd nauwelijks aandacht besteed aan de spijkerharde argumenten van Semper Ferraris en Natuurpunt Oost- Brabant.

Idealiter moet de Bestendige Deputatie in zijn oordeel over de opportuniteit alle aspecten van goede ruimtelijke ordening in beschouwing nemen en uitgaan van het principe dat er geen subjectief recht op verkaveling bestaat. 

Het volstaat niet om enkel na te gaan of aan de minimale stedenbouwkundige voorschriften is voldaan en de verschillende rubrieken af te vinken. Die rubrieken worden dikwijls nog ingevuld door de aanvrager zelf. Zo wordt er kortweg aangegeven dat er geen negatieve milieu-effecten denkbaar zijn (sic).

Als een bijziende zonder bril heeft de Bestendige Deputatie enkel gekeken naar het perceel, zonder al teveel aandacht te besteden aan de gevolgen voor de leefomgeving. Het is juist essentieel dat een project op een harmonieuze en evenwichtige wijze kan worden ingevoegd. 

Erfgoed


Het typisch uitzicht van de Holleweg wordt ter hoogte van de verkaveling vernietigd en de voorgestelde wegverbreding, gekoppeld aan het afgraven van de berm, staat in contrast met de rest van de straat, waar de landschapskenmerken werden behouden.

De Bestendige Deputatie gaat voorbij aan het feit dat de eeuwenoude Holleweg als klein landschapselement (KLE) voldoet aan minstens zeven criteria om als onroerend erfgoed beschouwd te worden. Rotselaar staat op de lijst van de erkende erfgoedgemeenten en sinds 2020 is het verplicht om het onroerend erfgoed te inventariseren. Dit houdt in dat Rotselaar een bijzonder engagement heeft om erfgoed te beschermen in afwachting van een definitieve inventarisatie.

Dat dit unieke stukje landschap voorgoed verloren dreigt te gaan, maakt bij de gemeente en de provincie totaal geen indruk. In het besluit van het CBS staat laconiek: “reliefwijzigingen: niet van toepassing.”

Natuur en Bos


Krachtens de huidige wetgeving is de reikwijdte van het Vlaams Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) zeer beperkt. Daarbij wordt vaak een selectieve appreciatie gemaakt over de ecologische waarde van een bos. De aanwezigheid van exoten, zoals acacia’s, heeft volgens de visie van het agentschap tot gevolg dat het bos “te compenseren” is. 

In hun advies over de Holleweg bevestigt ANB eerst dat het gebied gekarteerd staat als een biologisch waardevolle loofhoutaanplant (code n) met Amerikaanse eik (code quer) en Robinia (code rob). 

Anderzijds stelt ANB dat hun medewerker geen kenmerkende soorten van habitatwaardig bos kon bevestigen maar “dat is gezien het winterseizoen geen bewijs dat ze niet aanwezig zijn”.

Natuurpunt Oost- Brabant wijst daarentegen op de aanwezigheid van kensoorten zoals hengel, dalkruid en boshavikskruid voor een habitatwaardig bos van het Natura 2000 type.

De aanwezigheid van fauna werd totaal niet onderzocht door ANB. Op het bezwaar dat er verschillende, soms beschermde, faunasoorten gespot zijn in het bos op het perceel, luidt het antwoord dat de bouwheer / eigenaar zelf moet nagaan of er geen nesten van beschermde vogelsoorten of vleermuizen beschadigd, weggenomen of vernield worden. Deze benadering is totaal onrealistisch en zelfs naïef. 

Om onherstelbare schade te voorkomen is a priori voor het verlenen van een verkavelingsvergunning een degelijke studie vereist. Het probleem is zeer acuut geworden door het recente verlies aan habitats in de onmiddellijke omgeving (Holleweg, Bosbessenlaan en Regastraat). 

Over gemeentelijk beleid of ruimtelijke ordening kan ANB naar eigen zeggen geen uitspraak doen.

Ten slotte kan zelfs een negatief advies van ANB zonder verpinken genegeerd worden door de gemeentelijke en provinciale overheid.

Provinciale Politiek

Volgens de ervaringen van actiegroepen in andere provincies gaat het om een vast patroon. De kans is zeer groot dat de provincie vergunningen gewoon goedkeurt, zelfs in gevallen waarin die in eerste aanleg door een gemeente zijn geweigerd. Burgers en natuurverenigingen worden nog altijd beschouwd als lastige pottenkijkers, NIMBY’s en “geitenwollen sokken” naïevelingen. 

De provincie wordt door burgers én politici vaak als minder belangrijk beschouwd. Enerzijds worden de grote beleidslijnen op een hoger niveau bepaald en anderzijds identificeren de mensen zich meer met hun gemeente.

Toch beslist de bestendige deputatie van een provincie in graad van beroep over vergunningen. In plaats van een soort “raad van wijzen” die na een degelijke afweging van de pro’s en contra’s een beslissing neemt, lijkt het erop dat men hier eerder te maken heeft met een bastion waar partijpolitieke spelletjes kunnen gespeeld worden, zonder angst om bij de volgende verkiezingen afgestraft te worden.

In het Beleidsplan Ruimte van de provincie Vlaams- Brabant staat letterlijk:

We moeten de verdere versnippering van de open ruimte door wonen tegengaan. Daarom is het innemen van extra ruimte voor woningen – bijvoorbeeld door nieuwe verkavelingen - buiten de steden en woonkernen te vermijden.” 

Er gaapt een wijde kloof tussen deze mooie verklaringen en de werkelijke, dagdagelijkse politiek. In die zin is het Beleidsplan van de provincie een aardig stukje propaganda. De verpakking is nieuw, maar voor de rest blijft alles bij het oude. Het land van de baksteen, nietwaar?

We zouden een voorbeeld moeten nemen aan Costa Rica, dat een pionier is op het vlak van natuurbehoud. Het is daar zelfs in de grondwet (artikel 50) opgenomen dat iedereen recht heeft op een gezonde en ecologisch evenwichtige omgeving. Dit houdt in dat iedere burger inbreuken op dat recht mag aanklagen en een gepaste schadevergoeding mag eisen. Bovendien heeft de staat de plicht om dat recht te garanderen door middel van wetgeving en administratieve procedures.

Het beleid van Costa Rica is resoluut gericht op een duurzame ontwikkeling en klimaatneutraliteit. Milieueffectrapportages moeten ingediend worden bij het Nationaal Milieutechnisch Secretariaat (SETENA), dat veel meer bevoegdheden heeft dan ons Vlaams Agentschap voor Natuur en Bos. Elk project wordt grondig geanalyseerd met betrekking tot de mogelijke gevolgen voor de omgeving en SETENA kan zowel preventief werken als de nodige correcties maken om de impact te verminderen.

We moeten ook de vraag durven stellen of conflicten tussen verkavelingsprojecten en leefomgeving niet beter kunnen beslecht worden door een onafhankelijke instantie, in plaats van het over te laten aan lokale politici.

Het is niet alleen een kwestie van een verouderde wetgeving. Het zit veel dieper dan dat. Zelfs binnen het huidig juridisch kader hebben de beleidsmakers nog genoeg manoeuvreerruimte om een krachtdadig milieu- en klimaatbeleid te voeren. Het ontbreekt vooral aan goede wil en een echte debatcultuur. De aanvraag van verkavelaars wordt vaak klakkeloos gekopieerd, terwijl de grondige argumentatie van omwonenden en natuurverenigingen wordt weggelachen.

Omdat de Bestendige Deputatie zijn huiswerk niet heeft gedaan, is het alweer aan ons om beroep te doen op Justitie.

Sprekende Eland

Vorige
Vorige

Waar rook is …

Volgende
Volgende

Over de brug